Vanaf 8 december wordt 30 kilometer per uur de nieuwe standaard in veel stedelijke gebieden. Dit kan voor sommigen aanvoelen als een slakkengang, maar het is een belangrijke stap in het verbeteren van de verkeersveiligheid. De Kattenburgerstraat heeft al een half jaar ervaring met deze nieuwe snelheidslimiet, dus het is tijd om de resultaten te evalueren.
De ervaringen van bewoners
Jeanine Langbroek, een bewoner van de Kattenburgerstraat, merkt op dat de straat nog steeds als een racebaan wordt gebruikt, vooral ’s avonds en ’s nachts. Haar buurman, Lars Buurstra, is het met haar eens: “Vroeger werd hier 70 gereden, nu is het beter. Maar 50 is het nieuwe 70, mensen rijden nog steeds sneller dan toegestaan.”
De nieuwe snelheidslimiet werd na veel protest in maart van dit jaar ingevoerd. Volgens Lars leidt dit tot frustratie bij andere weggebruikers: “Als je je aan de snelheidslimiet houdt, word je al snel getoeterd of geflitst met knipperlichten.”
Henriëtte Jager, een andere bewoner van de straat, ziet weinig positieve verandering: “Ik zie niemand zich eraan houden. Ik probeer soms 30 te rijden, maar dan ontstaat er file en geef ik weer gas. Zelfs een fatbike gaat sneller, ze hadden er beter 40 van kunnen maken.”
De nieuwe standaard
Op 8 december wordt 30 km/u de nieuwe standaard in het grootste deel van de stad. Op doorgaande wegen zoals de Wibautstraat blijft de limiet 50. Veel automobilisten lijken nog niet op de hoogte te zijn van de verandering. Op veel navigatiesystemen staat nog steeds de oude limiet: “De weg is breed en heeft weinig bochten, dus het ziet er niet uit als een 30-weg.”
Handhaving van de nieuwe snelheidslimiet
Lars hoopt dat de nieuwe snelheidslimiet ook op Kattenburg wordt nageleefd: “Als je in de rest van de stad nog harder mag, dan voelt het raar om alleen hier zo zacht te rijden. Dus ik hoop dat de nieuwe standaard er langzaam insluipt.”
Maar handhaving blijkt een uitdaging te zijn. Flitspalen vallen bijvoorbeeld onder het Openbaar Ministerie (OM). Gemeenten moeten er alles aan doen om duidelijk te maken dat er echt maar 30 mag worden gereden op de wegen. Dit betekent niet alleen het plaatsen van borden, maar ook het herinrichten van straten zodat 50 km/u geen optie meer is.
“Door de groenstrook, drempels en zebrapaden nodigt het wel meer uit zachter te rijden”, geeft Lars toe. Wanneer er door meer dan twintig procent van de mensen te hard gereden wordt, ziet het OM het als ongeloofwaardig en is flitsen niet toegestaan.