Na de invoering van een telefoonverbod op middelbare scholen, is nu besloten dat mobiele apparaten zoals telefoons, tablets en smartwatches ook uit de klaslokalen van basisscholen en speciaal onderwijs zullen verdwijnen. De enige uitzondering op deze regel is wanneer deze apparaten essentieel zijn voor de lesinhoud. Dit besluit is genomen door minister Mariëlle Paul van Primair en Voortgezet Onderwijs, in overleg met diverse sectorverenigingen.
De impact van mobiele apparaten op het onderwijs
Volgens het ministerie zijn mobiele apparaten een bron van afleiding voor leerlingen, wat resulteert in minder goede prestaties. “Veel kinderen hebben al op jonge leeftijd een mobieltje. Door deze maatregel beschermen we de leerlingen, terwijl het nog steeds mogelijk blijft om een mobieltje te gebruiken als dat echt noodzakelijk is”, aldus Paul.
Implementatie van de nieuwe regel
In de komende periode zullen scholen in overleg met leraren, leerlingen en ouders bespreken hoe het verbannen van de telefoons in de praktijk zal worden gebracht. Of dit bijvoorbeeld betekent dat telefoons in een telefoonzak moeten worden bewaard, of dat ze buiten de klas moeten blijven, is aan de scholen zelf om te beslissen. Vanaf het volgende schooljaar wordt de nieuwe regel officieel van kracht en moeten de telefoons uit de klas verdwijnen.
Ervaringen op middelbare scholen
Op middelbare scholen is de regelgeving omtrent mobiele apparaten al sinds 1 januari van kracht. Het ministerie merkt op dat veel scholen deze regel al hanteren. Uit een rondvraag bleek dat onder andere het Vossius Gymnasium, het Fons Vitae Lyceum, de Open Schoolgemeenschap Bijlmer, het Gerrit van der Veen College, het Berlage Lyceum, het Amsterdams Lyceum en het Cygnus Gymnasium de regel al toepassen.
Volgens minister Paul wennen zowel leerlingen als leraren snel aan de afwezigheid van mobiele apparaten in de klas. “We hebben al gemerkt dat het rust brengt”, voegt ze toe.