Een kleurrijke menigte verzamelde zich vanochtend op het Mosplein in Noord om een krachtig statement te maken tegen anti-LHBTIQ+ geweld. De demonstratie werd georganiseerd als reactie op een incident eind augustus, waarbij meerdere pridevlaggen aan de Oostzanerwerf werden vernietigd en een stoeptegel door een raam werd gegooid. De boodschap van de demonstranten was duidelijk: “Het is tijd om luid en duidelijk onze stem te laten horen.”
Waarom Noord?
De keuze om de mars in Noord te houden, was geen toeval. Eind augustus werd een stel aan de Oostzanerdijk het slachtoffer van vandalisme toen hun pridevlag werd vernield en een dag later een steen door hun raam werd gegooid. Als teken van solidariteit hingen tientallen buurtbewoners pridevlaggen op na het incident. Burgemeester Halsema bracht een bezoek aan de buurt en de gemeente installeerde cameratoezicht.
Simon de Boer en Dennis Overweg, de initiatiefnemers van de mars, voelden dat ze na dit incident niet langer stil konden blijven. “Het lijkt bijna alsof we dit soort gedrag beginnen te normaliseren, maar dit is niet normaal. We moeten onze stem laten horen. We hopen dat dit vandaag het begin is”, zei De Boer.
Stop het geweld
Tientallen sympathisanten liepen vanmiddag van het Mosplein naar de Buiksloterweg. Een van de demonstranten zei: “Het maakt niet uit wie je bent, wat je bent, welk geloof je aanhangt, iedereen moet zichzelf kunnen zijn.”
Ook Brahim Ahid, de voorzitter van het stadsdeel, liep mee in de mars. “We doen al veel om dit soort geweld te voorkomen. We zijn in gesprek met de LHBTIQ+ gemeenschap om te praten over hun bereidheid om incidenten te melden en hun zichtbaarheid. Daarnaast hebben we overleg met scholen, sportverenigingen en gebedshuizen over hoe we acceptatie zo breed mogelijk kunnen bevorderen”, zei Ahid. “Maar het is ook belangrijk dat we hier vandaag onze stem laten horen.”