Een 20-jarige man is door het gerechtshof veroordeeld tot 21 maanden jeugddetentie, waarvan zes maanden voorwaardelijk. De man en zijn toenmalige vriendin werden schuldig bevonden aan de moord op hun pasgeboren baby in 2019, die ze vervolgens in hun tuin begroeven. Twee jaar later lieten ze een ander pasgeboren kind levend achter in een afvalcontainer in Holendrecht. Beide ouders werden eerder al veroordeeld, maar de man besloot in hoger beroep te gaan.
Onbetrouwbare verklaringen
Tijdens het hoger beroep probeerde de man de schuld volledig bij zijn vriendin te leggen. Het hof vond zijn verklaringen echter volstrekt ongeloofwaardig en besloot hem dezelfde straf op te leggen als zijn vriendin eerder had gekregen. De zaak werd achter gesloten deuren behandeld, aangezien de man ten tijde van de misdaden minderjarig was en daarom volgens het jeugdstrafrecht werd berecht.
Ontdekking van de baby in de vuilcontainer
In februari 2021 werd een pasgeboren meisje gevonden in een vuilcontainer in Holendrecht. Een buurtbewoonster hoorde geluiden uit de container toen ze haar vuilnis weggooide en realiseerde zich dat het een baby was. Enkele dagen na de ontdekking arresteerde de politie een jongen en een meisje van 17, de ouders van het kind. Beiden werden veroordeeld, maar de man ging in hoger beroep. Volgens de advocaat van de vader, Gerald Roethof, waren de twee ervan overtuigd dat het meisje was overleden. In paniek wisten ze niet wat ze moesten doen en besloten ze het kind in de vuilcontainer te plaatsen.
Vondst van tweede baby
Naast het achterlaten van het meisje in de vuilcontainer, werden de twee ook verantwoordelijk gehouden voor de moord op een tweede kind. Tijdens het onderzoek naar de baby in de vuilcontainer ontdekte de politie gesprekken over een tweede baby. Na verder onderzoek werden de resten van dit kind gevonden in de achtertuin van de moeder.