In Amsterdam zijn er talloze initiatieven op touw gezet om de slachtoffers van de ramp in Marokko bij te staan. Van inzamelingsacties tot reddingsteams, de stad staat klaar om te helpen. Echter, de Marokkaanse overheid heeft tot nu toe alleen hulp geaccepteerd van een select aantal landen, en Nederland is daar nog niet bij.
Brandweerman Zouhair Jbyeh: klaar om te helpen
In de Viktor brandweerkazerne in de Dapperbuurt is veiligheidsadviseur Zouhair Jbyeh ongeduldig. Hij is klaar om met het USAR, een nationaal rampenbestrijdingsteam, naar Marokko te vertrekken. “De USAR-leden hebben wereldwijde ervaring en staan klaar om te vertrekken. Ik wil me bij hen aansluiten, maar we wachten nog op toestemming om te gaan,” zegt Jbyeh.
Na de aardbeving van afgelopen vrijdag is de internationale hulpverlening traag op gang gekomen. Marokko heeft alleen hulp geaccepteerd van landen als Spanje, het Verenigd Koninkrijk, Qatar en de Verenigde Arabische Emiraten. Dit is frustrerend voor Jbyeh, die zelf in Marrakesh is geboren. “Ik kan niets doen. Ik ben brandweerman, ik wil helpen, maar ik kan niet helpen. We moeten gewoon afwachten.”
Winning Wheels: hulpgoederen verzamelen
Aan de andere kant van de stad, in Westpoort, is Saïd Bensellam van hulporganisatie Winning Wheels druk bezig met het verzamelen van medische hulpmiddelen om naar het rampgebied te sturen. “Tenten, dekens, noem maar op, alles wordt gebracht. We moeten nu beginnen met laden en verzenden, maar dat moet wel op een gestructureerde manier gebeuren,” zegt Bensellam.
Bensellam werkt samen met de Najiba Foundation en de Najib Amhali Foundation. Hij weet hoe moeilijk het kan zijn om goederen naar rampgebieden te krijgen. Sinds 2004 levert hij hulpgoederen aan mensen in nood, voornamelijk in buitenlandse rampgebieden. “Soms wordt het geblokkeerd en je moet de juiste spullen sturen die nodig zijn.”
Wachten op groen licht
Zowel Bensellam als Jbyeh staan klaar en wachten op toestemming van de Marokkaanse overheid. Deze wil eerst een inventarisatie maken van de situatie in het aardbevingsgebied. Jbyeh begrijpt dit, maar wil snel aan de slag. “We kunnen van alles doen. We hebben camera’s die mensen kunnen vinden, hydraulisch gereedschap om puin op te tillen. Er is genoeg te doen, maar we moeten wachten op groen licht.”