Op de dag dat het twee jaar geleden is dat Rusland Oekraïne binnenviel, kwamen honderden mensen samen in een vreedzame mars door de stad. De deelnemers wilden benadrukken dat de oorlog nog steeds voortduurt en dat er dringend behoefte is aan steun.
Oekraïense vluchtelingen in Nederland
Ondanks de voortdurende conflicten in hun thuisland, blijven Oekraïense vluchtelingen hun toevlucht zoeken in Nederland. In Amsterdam alleen al is het aantal Oekraïense inwoners gestegen van 2600 vorig jaar tot 3400 dit jaar. Een jonge jongen, die samen met zijn vader de mars liep, zei: “Het voelt goed, ik heb het gevoel dat deze mensen echt begrijpen wat we doormaken.”
Hoewel de oorlog nog niet voorbij is, hopen de meeste Oekraïners die we spraken snel terug te kunnen keren naar hun thuisland. Veel deelnemers aan de mars hebben familie en vrienden die nog in Oekraïne zijn en zelfs aan het front vechten. Een meisje dat speciaal vanuit Breda naar Amsterdam was gekomen voor de demonstratie, vertelde: “Mijn vader vecht daar, hij is al 10 jaar soldaat. Mijn broertje en ik zijn hier en onze ouders willen niet dat we terugkomen, het is te gevaarlijk.”
“Slava Ukraini”
De mars begon op het Museumplein en eindigde op de Dam. Tijdens de mars werden verschillende leuzen geroepen. Er werd opgeroepen tot meer wapensteun met de leus “Arm Ukraine” (“bewapen Oekraïne”). Maar er klonk ook het bekende “Slava Ukraini” (“Leve Oekraïne”). Nederland werd ook bedankt voor de hulp die het al heeft gegeven. “We willen ook alle Nederlanders bedanken voor hun steun”, zei een vrouw die meeliep in de mars.
Niet alleen Oekraïners namen deel aan de mars, maar ook Nederlanders. Een Nederlandse deelnemer zei: “Het is nog steeds belangrijk om Oekraïense vlaggen op te hangen, dat betekent veel voor hen. We moeten laten zien dat de oorlog nog niet voorbij is.”