Rechtbank: Q-Park’s boetes oneerlijk hoog

Een recente uitspraak van de rechtbank heeft de parkeerboetes van Q-Park onder de loep genomen. De boetes die de parkeerbeheerder oplegt voor het overtreden van hun voorwaarden zijn volgens de rechtbank oneerlijk hoog. De schadeclaims die Q-Park indient, kunnen soms veel hoger uitvallen dan de daadwerkelijke schade die is geleden bij een overtreding. Dit kwam aan het licht toen een man die een parkeergarage verliet zonder te betalen, volgens Q-Park, niet verplicht was om de schadevergoeding aan de garagebeheerder te betalen.

De zaak

In januari vorig jaar verliet een automobilist een parkeergarage bij de Amsterdamse Poort door vlak achter een andere auto aan te rijden, een praktijk die bekend staat als ’treintje rijden’. Q-Park beweerde dat de automobilist dit deed zonder te betalen voor de tijd dat hij in de garage had geparkeerd. Ze stuurden de man een rekening van 445 euro, omdat hij volgens hen de algemene voorwaarden had overtreden.

De autobezitter beweerde echter dat hij wel had betaald, wat hij kon aantonen met zijn bankafschrift en parkeerkaart. Hij ging ervan uit dat de slagboom automatisch zou openen na betaling, gebaseerd op het kenteken van zijn voertuig. Q-Park was echter niet tevreden met deze uitleg en eiste dat de man de schadevergoeding zou betalen.

De uitspraak

In de rechtszaal werd de eerlijkheid van de voorwaarden van Q-Park in twijfel getrokken. De garagebeheerder kan een beroep doen op vijf voorwaarden om geld te innen, waaronder een standaard bedrag voor een verloren parkeerkaart van 40,50 euro, wat hoger kan zijn dan het daadwerkelijke parkeertarief. Bovendien rekent het bedrijf ook nog een schadevergoeding en buitengerechtelijke kosten. De vraag was of Q-Park door dit systeem geen dubbele beloning ontving.

Q-Park beweerde dat dit per situatie werd bekeken en dat er geen dubbele beloning werd gegeven. De rechter oordeelde echter dat de voorwaarden nog steeds oneerlijk waren. Volgens de rechter heeft Q-Park met haar algemene voorwaarden de mogelijkheid gecreëerd om op alle bedingen tegelijkertijd een beroep te kunnen doen.

De gevolgen

De rechtbank oordeelde dat klanten de dupe zijn van de vergoedingen die Q-Park kan opeisen. Door de opeenstapeling van deze vergoedingen is de kans groot dat de schadevergoeding de werkelijke kosten van de schade ver overstijgt. Dit is volgens de rechtbank niet eerlijk voor de parkeerder.

De rechter voegde eraan toe dat Q-Park wel moet kunnen optreden tegen ’treintje rijden’, maar alleen als de ‘zwakke positie’ van de parkeerder wordt beschermd. Met de huidige voorwaarden is dat niet het geval. Daarom hoeft de man in deze zaak niets aan Q-Park te betalen.

Plaats een reactie