De vader van het pasgeboren kindje dat in februari 2021 in een vuilcontainer werd aangetroffen, heeft besloten om in hoger beroep te gaan tegen de straf die hem is opgelegd. De ouders van het kind, beiden minderjarig op het moment van het incident, kregen in oktober een gevangenisstraf van 15 maanden opgelegd. Daarnaast kreeg de vader jeugd-tbs. De vader en zijn advocaat, Gerald Roethof, zijn van mening dat de veroordeling onterecht is.
Onbegrip over volgorde straf
Roethof heeft moeite met de volgorde van de straf. Hij begrijpt niet waarom de rechter eerst een gevangenisstraf oplegt en daarna pas de verplichte behandeling (jeugd-tbs). Volgens Roethof zou de behandeling direct moeten starten, in plaats van te wachten tot na de gevangenisstraf. Hij stelt dat het proces van hulp en begeleiding, waar de vader al in zit, door de gevangenisstraf wordt onderbroken.
Ontdekking van de baby
Het pasgeboren meisje werd in februari 2021 ontdekt in een vuilcontainer op het Meernhof in Holendrecht. Een buurtbewoner die haar vuilnis weggooide, hoorde gehuil uit de container komen. De ouders van het kind werden een paar dagen na de vondst aangehouden. Volgens advocaat Roethof raakten de twee in paniek en wisten ze niet wat ze moesten doen. Ze hebben het kind uiteindelijk in de vuilcontainer ‘geplaatst’.
Verdacht van tweede moord
Justitie verdenkt de twee ook van de moord op een tweede baby. Resten van dit kindje zijn gevonden in de achtertuin van de moeder. Het Openbaar Ministerie eiste in september 18 maanden jeugddetentie voor de jonge verdachten. De rechtbank oordeelde echter dat hun daden ernstig genoeg waren voor een onvoorwaardelijke celstraf van 15 maanden. De vader kreeg daarnaast jeugd-tbs, op voorwaarde dat hij meewerkt aan behandeling en begeleid zal wonen in een instelling.
De moeder van de baby heeft, voor zover bekend, besloten niet in hoger beroep te gaan tegen haar straf.