Drillrapper veroordeeld tot drie jaar cel voor poging tot doodslag

Roan W., een 23-jarige drillrapper uit Amsterdam, is in hoger beroep veroordeeld tot een gevangenisstraf van drie jaar voor het neersteken van een man tijdens een huisfeest in Oostzaan. Hoewel de rechtbank hem eerder had vrijgesproken wegens gebrek aan bewijs, oordeelde het gerechtshof dat er voldoende bewijs was om hem te veroordelen voor poging tot doodslag.

De drillrapper en zijn verleden

Roan W., beter bekend in de drillrapscene als RR of ‘Roekeloze Roan’, was op het moment van het incident 19 jaar oud. Hij was verbonden aan de drillrapcrew EDG, wat staat voor ‘Elke Dag Geld’. In 2021 werd hij al veroordeeld tot een celstraf van 11 jaar voor zijn betrokkenheid bij een dodelijke steekpartij op de Scheveningse pier. Deze steekpartij in Oostzaan vond echter plaats in januari van datzelfde jaar.

Conflict over lachgas leidt tot steekpartij

De steekpartij in Oostzaan ontstond na een geschil over de betaling voor een ballon met lachgas. Tijdens een daaropvolgende worsteling stak Roan W. het slachtoffer in zijn zij. Het slachtoffer liep een klaplong en een gescheurd middenrif op en moest in het ziekenhuis worden geopereerd. Hij overleefde het incident.

Rechtbank versus gerechtshof

De rechtbank sprak Roan W. eerder vrij vanwege onbetrouwbare getuigenverklaringen en beweringen van zijn advocaat dat er een poging was gedaan om hem bewust een celstraf aan te smeren. Het gerechtshof zag dit echter anders. Hoewel de getuigen bevestigden dat Roan W. betrokken was bij een schermutseling, konden ze niet bevestigen dat hij ook daadwerkelijk iemand had gestoken. Ze hadden hem echter wel eerder met een mes zien lopen.

De uitspraak van het hof

Het hof oordeelde dat de getuigenverklaringen voldoende bewijs leverden dat Roan W. de dader was. Bovendien werd enkele dagen na de steekpartij opnieuw een mes bij hem gevonden. Het hof maakte zich zorgen over het gemak waarmee Roan W. messen bij zich droeg en gebruikte bij conflicten.

De vraag van toerekeningsvatbaarheid

Uit psychologisch onderzoek bleek dat Roan W. te maken heeft met een autismespectrumstoornis en een stoornis in cannabisgebruik. Echter, omdat hij weigerde te praten tijdens het onderzoek, kon niet worden vastgesteld in hoeverre hij toerekeningsvatbaar was. Het hof concludeerde dat er geen aanwijzingen waren om hem de bewezen feiten in verminderde mate toe te rekenen.

Plaats een reactie