De financiële bijdrage van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat aan de uitbreiding van de Noord/Zuidlijn in Amsterdam is aanzienlijk verminderd, zo blijkt uit de recent gepubliceerde Miljoenennota. De gevolgen van deze vermindering voor het project zijn nog onduidelijk. Wethouder Melanie van der Horst heeft aangegeven ‘enorm geschrokken’ te zijn van deze ontwikkeling.
Plannen en financiering
Sinds 2019 zijn er plannen om de Noord/Zuidlijn uit te breiden naar Schiphol en Hoofddorp. Eind vorig jaar werd bekend dat het ministerie 4,1 miljard euro zou vrijmaken voor diverse grote projecten in en rond de stad, waaronder de uitbreiding van de Noord/Zuidlijn en het sluiten van de ringlijn 51. Van dit bedrag zou 2,7 miljard euro naar het project ‘OV-verbinding Amsterdam-Haarlemmermeer’ gaan, waar de uitbreiding van de Noord/Zuidlijn een belangrijk onderdeel van is. Daarnaast zou Amsterdam zelf 600 miljoen euro bijdragen.
Bezuinigingen en tegenvallers
Van de oorspronkelijke 2,7 miljard euro van het Rijk is nu nog maar ongeveer 900 miljoen euro over. Dit komt grotendeels door bezuinigingen vanuit het Rijk, die 1,3 miljard euro uit het budget hebben gehaald. De resterende 313 miljoen euro wordt gebruikt om tegenvallende resultaten bij andere spoorprojecten op te vangen. Zo zijn er tekorten ontstaan bij het project rondom het Zuidasdok, waar de versterking van de Rozenoordbrug en de aanbesteding van Knooppunt De Nieuwe Meer duurder uitvielen dan verwacht. Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat heeft benadrukt dat het van tevoren was afgesproken dat dergelijke tegenvallers met deze Rijksbijdrage betaald zouden moeten worden.
Reactie van de wethouder
Wethouder Melanie van der Horst heeft aangegeven ‘enorm geschrokken’ te zijn van deze ontwikkeling. Ze benadrukt het belang van de uitbreiding van de Noord/Zuidlijn, het sluiten van de ringlijn en de aanleg van het Zuidasdok voor de regio en het land. Ze verwacht dat het Rijk zich aan de afspraken houdt en dat het nieuwe kabinet het tekort weer aanvult.
“De uitbreiding van de Noord/Zuidlijn maakt deel uit van een samenhangend investeringspakket dat nauw samenhangt met de grote woningbouwopgave en de verwachte groei van banen in de regio”, aldus de wethouder. Ze gaat ervan uit dat het geld op een later moment opnieuw toegezegd wordt, ook als het nieuwe kabinet er na de verkiezingen heel anders uitziet. “Het ministerie heeft herhaaldelijk aangegeven dat het commitment voor dit investeringspakket onverminderd groot is. Wij vertrouwen erop dat de afspraken tussen Rijk en regio van november 2022 blijven staan.”